Onlangs schreef ik een artikel met de titel "Wijziging van alimentatie uitsluiten?". Hierin besprak ik de mogelijkheid voor ex-echtgenoten of ouders van kinderen om een toekomstige wijziging van de alimentatieafspraak uit te sluiten middels een (beperkt) niet-wijzigingsbeding.
De vraag die daarbij aan de orde kwam was of een niet-wijzigingsbeding ook geldig is voor kinderalimentatie. Voor de beantwoording van deze vraag was ik toen in afwachting van de uitspraak van de Hoge Raad. Inmiddels heeft de Hoge Raad hierover een beslissing gegeven. Het oordeel van de Hoge Raad bespreek ik in dit artikel.
Kinderalimentatie
Ouders zijn op grond van de wet verplicht om in de kosten van verzorging en opvoeding van hun minderjarige kinderen te voorzien. De kinderalimentatie moet ten minste voldoen aan de wettelijke maatstaven. Bij de bepaling van de bijdrage wordt rekening gehouden met enerzijds de behoefte van het kind (ofwel wat kost het kind) en anderzijds de draagkracht van de ouders. De kinderalimentatie wordt vastgesteld bij rechterlijke uitspraak of bij overeenkomst tussen de ouders.
Wijziging
De rechterlijke uitspraak of overeenkomst kan worden gewijzigd, (1) wanneer zij nadien door wijziging van omstandigheden niet meer aan de wettelijke maatstaven voldoet. Een rechterlijke uitspraak kan ook worden gewijzigd als deze van de aanvang af niet aan de wettelijke maatstaven heeft voldaan doordat daarbij van onjuiste of onvolledige gegevens is uitgegaan (2). Een overeenkomst kan tevens worden gewijzigd als zij is aangegaan met grove miskenning van de wettelijke maatstaven (3).
Niet-wijzigingsbeding
De eerstgenoemde wijzigingsmogelijkheid kunnen ex-echtgenoten in het kader van een partneralimentatie uitsluiten of beperken door een niet-wijzigingsbeding af te spreken. Voor kinderalimentatie ligt dit anders. Als ouders in het kader van de kinderalimentatie een niet-wijzigingsbeding overeenkomen, sluiten ze daarmee de mogelijkheid uit om in geval van een toekomstige wijziging van omstandigheden de vastgestelde kinderalimentatie te doen wijzigen.
Hoge Raad
De Hoge Raad heeft bepaald dat als een niet-wijzigingsbeding inhoudt dat een toename van de draagkracht van de ouders of van de behoefte van het kind niet kan leiden tot een hogere kinderalimentatie, dit beding nietig is. Ouders zijn immers ten minste verplicht om naar draagkracht in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige kinderen te voorzien.
Voor zover het niet-wijzigingsbeding inhoudt dat een afname van de draagkracht van de ouders of van de behoefte van het kind niet kan leiden tot een lagere kinderalimentatie, is dit beding in beginsel niet in strijd met de regel dat de kinderalimentatie ten minste aan de wettelijke maatstaven moet voldoen.
Een niet-wijzigingsbeding ten voordele van het kind is dus wel geldig. Het kan echter onder omstandigheden redelijk en billijk zijn het beding niet toe te passen. Daarbij kan gedacht worden aan de situatie dat de onderhoudsplichtige ouder ook onderhoudsverplichtingen heeft tegenover andere kinderen uit een andere relatie. Ook zal het beding niet in stand blijven als de onderhoudsplichtige ouder dan niet meer in staat is om in zijn eigen levensonderhoud te voorzien.
Conclusie
Ouders hebben de mogelijkheid om in onderling overleg af te spreken dat hun afspraak over de kinderalimentatie in de toekomst niet kan worden gewijzigd. Het niet-wijzigingsbeding mag echter alleen als dit in het voordeel van het kind is. De kinderalimentatie moet immers ten minste aan de wettelijke maatstaven voldoen. Als de ouder in de toekomst in staat is om een hogere kinderalimentatie te voldoen, zal de ouder hiertoe gehouden zijn en kan dit niet worden uitgesloten.
Gepubliceerd op 19 december 2019.