Een werknemer van een afvalverwerkings-bedrijf heeft eind februari 2015 tijdens de demontage van een printer vier enveloppen gevonden. In de enveloppen zat geld, met een totale waarde van €15.100,-. De printer was als afval aangeboden.

De werknemer heeft bij de gemeente Zwijndrecht aangifte gedaan van zijn vondst. Ook heeft de werknemer zijn werkgever geïnformeerd met betrekking tot de gevonden enveloppen. De werknemer weigerde de enveloppen af te geven aan zijn werkgever. Daaropvolgend heeft de werkgever tegen de werknemer aangifte gedaan van verduistering in dienstbetrekking.


Vinderschap

Wanneer men een onbeheerde zaak vindt en onder zich neemt, is men verplicht met bekwame spoed aangifte te doen. De vinder moet aangifte doen bij de gemeente waar hij de onbeheerde zaak heeft gevonden. Dit geldt niet als de vinder direct na de vondst daarvan mededeling heeft gedaan aan degene die hij als eigenaar of ontvangstbevoegd mocht beschouwen. De vinder – die aangifte of mededeling heeft gedaan – wordt na verloop van één jaar eigenaar, mits de zaak zich nog in de macht van de vinder of van de gemeente bevindt.


De Rechtbank Rotterdam

De werknemer heeft aangifte gedaan van zijn vondst bij de gemeente. Het geld laat zich kwalificeren als onbeheerde zaak, want de eigenaar van het geld had niet de bedoeling om afstand te doen van het geld. Om deze redenen kwam de rechtbank tot de conclusie dat de werknemer na verloop van één jaar eigenaar was geworden van de vier enveloppen met inhoud.


Hoger beroep

Het afvalverwerkingsbedrijf ging in hoger beroep. Het bedrijf stelde dat de werknemer de enveloppen tijdens de uitoefening van zijn werkzaamheden heeft gevonden, waardoor de werkgever als vinder moet worden aangemerkt.


Het enkele feit dat het afvalverwerkingsbedrijf werkzaamheden heeft opgedragen aan de werknemer is volgens het hof onvoldoende om aan te nemen dat het afvalverwerkingsbedrijf moet worden aangemerkt als vinder van de enveloppen. De werknemer had namelijk geen specifieke opdracht om verloren zaken te zoeken.


Volgens het hof is het wel van belang dat de werknemer de taak had om in een afgesloten ruimte apparaten van het afvalverwerkingsbedrijf te demonteren. Onder deze omstandigheden was het onvermijdelijk dat de werknemer tijdens de uitoefening van de werkzaamheden de enveloppen in de printer aan zou treffen. Elke willekeurige andere medewerker zou eveneens de enveloppen hebben aangetroffen. Het hof oordeelde daarom dat niet de werknemer, maar het afvalverwerkingsbedrijf als vinder moet worden aangemerkt.

Geduld is een schone zaak

Hoewel het hof oordeelde dat het afvalverwerkingsbedrijf moet worden aangemerkt als vinder, bestaat er nog geen aanspraak op het geld. Het afvalverwerkingsbedrijf heeft immers verzuimd om aangifte te doen bij de gemeente. Volgens het hof houdt het afvalverwerkingsbedrijf echter wel belang bij het zelf beheren van het geld voor de eigenaar. Dit in verband met de aanspraak die het afvalverwerkingsbedrijf heeft nadat de vordering van de eigenaar is verjaard.

Conclusie

De rechtbank heeft dit geschil tussen partijen uitgelegd conform de wettelijke bepalingen van het vinderschap. In hoger beroep bij het hof heeft het
afvalverwerkingsbedrijf de grondslag van haar vordering uitgebreid met de stelling dat het afvalverwerkingsbedrijf als vinder moet worden gezien, want de werknemer heeft de enveloppen tijdens de uitvoering van diens werkzaamheden gevonden. Gelet op de uitspraak van het hof moeten werknemers een vondst van enige omvang aan hun werkgever melden. Vindt uw werknemer een aanzienlijk geldbedrag en informeert hij of zij u? Vergeet dan niet om aangifte te doen bij uw gemeente.

Gepubliceerd op: 12 februari 2017.

Gerelateerde artikelen
Deel deze pagina via